Er port een vetkwab in mijn zij. Ik zit in de trein half Nederland te doorkruizen om Patrik weer op te zoeken. Hij is een verloren vriend van de middelbare-school die regelrecht na het slagen gevlucht is naar Amsterdam en nooit meer terug keek naar het zuiden. De vetkwab doet me niks, ik ben verdooft vandaag, emotieloos. Vandaag ben ik enkel maar een zwevende grijze vlek op deze donkere en regenachtige dag. Een emotieloze vleeszak die zich mee laat trekken in de dagelijkse sleur. Niks raakt me, niks beweegt me, enkel de frustratie weet mij te bereiken op momenten dat ik iets zou moeten voelen. Morgen, als ik mijn ogen weer open, is het weer weg. Zo gaat het altijd.
Ik knijp met mijn vingers in mijn arm, om toch maar iets te voelen.
‘’Morgen ben ik weer normaal, morgen kan ik weer lachen. Morgen..’’
De man die de oorzaak is van het overtollige vet zit in een te klein overhemd langs mij met een frietje speciaal terwijl hij met een zware ademhaling de Metro zit te lezen. Hij krijgt het warm want de vetkwab in mijn zij begint vochtiger aan te voelen. Ik probeer mezelf te bevrijden van de vetkwab maar ik zit opgesloten tussen de muur en de zwaarlijvige man. In mijn hoofd heb ik de man al een naam geven, ‘’Vetkwab’’.
‘’Who the fuck gaat er friet eten om 11:00 ’s ochtends, geen wonder dat die vetkwab in mijn zij port.’’
Hoewel het frietje mij op het begin van de rit misselijkheid bracht, begint het mij nu te verleiden. In alle haast van vanochtend had ik geen tijd om een belegde boterham met salami naar binnen te werken. Ik krijg honger.
‘’Ik moet een frietje hebben.’’
Ik werp een blik naar de man, hij is volledig opgegaan in zijn kranten artikel. Het bakje met friet staat op het uitklap tafeltje voor hem, hij kijkt er niet naar, ik wel. De friet verleidt me, de saus verleidt me, mijn honger verleidt me. Ik steek mijn hand uit terwijl mijn ogen gericht staan op de man, voorzichtig pak ik een frietje met wat curry en mayonaise en stop hem snel in mijn mond. Kauwen durf ik bijna niet, ik vrees dat Vetkwab dan doorheeft dat ik van zijn eten loop te snoepen. Het frietje slik ik bijna ongekauwd door, er komt een raar geluid uit mijn keel terwijl met moeite het frietje erdoorheen duw. Vetkwab kijkt op van zijn krant.
Hij heeft niet door dat ik bijna stikte door zijn frietje.
Het gevoel dat ik word aangekeken sluipt naar binnen en als ik eenmaal ga rond kijken zie ik de ogen van een beeldschoon meisje op me gericht
‘’Ze heeft me gezien. Fuck…’’
2 Comments